In 2023 lanceerde de overheid 'het recht op deconnectie'. De populaire maatregel heeft als streefdoel dat werknemers zich volledig kunnen loskoppelen van het werk in hun vrije tijd. Want ook na de werkuren overspoeld worden met werkmails of meldingen levert stress op. Voortdurend digitaal geconnecteerd zijn blijkt niet gezond.
Ook jongeren ontsnappen soms moeilijk aan mails van leerkrachten buiten de schooluren, zitten vast in een verslavend TikTok-algoritme of worden afgeleid door meldingen van sociale media of vrienden. Steeds verbonden zijn biedt voordelen, maar leidt mogelijk ook tot nefaste gevolgen voor het mentale welzijn, de aandachtsspanne of het fysieke welzijn van jongeren. Maar wat is die impact nu concreet? En hebben alle jongeren hier evenveel moeite mee? De cijfers die dit toelichten komen voort uit de Apenstaarjarenstudie 2024. Een diverse groep van 2060 jongeren (10-18 jaar) uit de derde graad lager en het middelbaar onderwijs beantwoordde onderstaande stellingen.
Uit Apenstaartjaren blijkt wel degelijk dat het negatieve consequenties kan hebben wanneer jongeren schoolgerelateerde meldingen ontvangen na de schooluren. 24% vindt het moeilijk te ontspannen na school omdat hij/zij nog berichten krijgt van leerkrachten. Al moeten er niet per se berichten binnenstromen om stress te doen opwakkeren. Slechts het idee dat je misschien een bericht op smartschool kan krijgen buiten de schooluren, zorgt er bij 1 op 4 leerlingen voor dat ze ook in hun vrije tijd aan school blijven denken. Wel ervaren niet alle jongeren dit op dezelfde manier. Het zijn vooral hogere graden uit het secundair onderwijs en meisjes die dit ervaren.
Een mogelijke verklaring voor dit verschil naargelang graad en gender is de frequentie waarop jongeren een schoolplatform zoals Smartschool gebruiken. Terwijl 80% van de leerlingen uit de derde graad lager onderwijs een schoolplatform gebruikt, gebruikt slechts 19% van die leerlingen dit op een (bijna) dagelijkse basis. Ter vergelijking: in de hogere graden van het secundair onderwijs gebruikt 81% Smartschool (bijna) iedere dag. Ook op het gebied van gender is er verschil in Smartschoolgebruik. Terwijl 70% van de meisjes Smartschool (bijna) dagelijks gebruikt, is dit bij jongens 60%.
Schermen bieden ons niet enkel talloze mogelijkheden tot onmiddellijke ontspanning of entertainment, maar kunnen ook een grote bron van afleiding zijn. Het woord aandachtscrisis wordt regelmatig in de mond genomen. We zouden het steeds moeilijker krijgen om ons te focussen op werk- en schooltaken, en de smartphone is hiervoor één van de grote boosdoeners. Ervaren jongeren ook dat hun concentratievermogen slinkt? 42% gaat akkoord met de stelling dat ze vaak worden afgeleid door hun smartphone of laptop. Bovendien onderbreekt één op vier vaak activiteiten omdat ze een melding krijgen. Ook hier kan weer een verschil opgemerkt worden naargelang gender en graad. In de derde graad secundair onderwijs vindt de helft van de leerlingen dat ze vaak afgeleid worden door hun smartphone of laptop. Meisjes lijken hier opnieuw vaker moeite mee te hebben dan jongens.
Die verschillen naargelang gender en graad kunnen verklaard worden door een verschil in mediagebruik. Zo blijkt uit de data van Apenstaartjaren dat meer meisjes dan jongens aangeven dat ze hun smartphone meerdere keren per dag gebruiken. Dit zowel op schooldagen als op vrije dagen. We zien ditzelfde verschil ook bij graad terugkeren. In de 3e graad lager onderwijs meldt 22% van de smartphonegebruikers dat ze hun smartphone meerdere keren per dag gebruiken op een schooldag. In het 3e graad secundair onderwijs is dit 85%.
Iemands nationaliteit of sociaaleconomische status blijken tot slot geen verband te hebben met de mate waarin iemand afgeleid wordt door een scherm.
Naast dat schermen de aandacht afleiden van andere activiteiten, neemt schermgebruik an sich ook veel tijd in. Het is geen geheim dat die schermtijd bij jongeren wel eens kan oplopen tot ettelijke uren per dag. Eén op drie jongeren (29%) vindt vaak dat tijd doorgebracht op hun smartphone ook verspilde tijd is. Opnieuw is dit gevoel sterker aanwezig bij meisjes en bij hogere graden. Mogelijk staan deze groepen vaker stil bij de invulling van hun vrijetijdsbesteding? Of doen zij vaker activiteiten op hun scherm die ze zelf als onnuttig ervaren? Er wordt opnieuw geen merkwaardig verschil opgemerkt naargelang SES of nationaliteit.
Jongeren krijgen stress door al die meldingen, verliezen hun focus of vinden dat ze hun tijd verspillen. Heeft het echter ook een fysieke impact als je zoveel tijd achter schermen spendeert? 23% van de jongeren vindt vooral dat het hen moe maakt. Bij 14% heeft het een negatieve impact op de nachtrust. Er valt geen trend op te merken op basis van de graad zoals bij de voorgaande stellingen. Wel blijken opnieuw meisjes het meest last te hebben van de fysieke impact, en valt opnieuw geen verschil op te merken naargelang SES en nationaliteit.
Sommige jongeren ervaren wel degelijk negatieve gevolgen van al die schermtijd. Wanneer we de bovenstaande negatieve gevolgen naast elkaar leggen, valt op dat jongeren gemiddeld gezien hoger scoren op de schalen rond online tijdverlies en verlies focus. Het gevoel online tijd te verspillen, zelf wanneer ze andere en belangrijkere dingen te doen hebben, lijkt het meest te spelen bij jongeren.
Schermen hebben een heuse impact op het welzijn van jongeren, maar het verhaal in deze dataduik is niet uitsluitend negatief. Voor een hele groep jongeren zorgt de smartphone of laptop voor ontspanning, inspiratie of een betere connectie met vrienden. Niet voor iedere jongere is het een stressor of een bron voor aandachtsverlies. Bovendien lijden volwassenen net zoals jongeren onder de druk van steeds geconnecteerd te zijn. Het is een probleem dat we als maatschappij dienen aan te pakken, en dat niet jongeren alleen in de schoenen geschoven mag worden.
De factoren die voornamelijk een impact blijken te hebben op digitaal welzijn zijn iemands gender en graad. Waarschijnlijk stemt dit mede voort uit het gegeven dat mediagebruik zelf ook verschilt naargelang die factoren. Zo zitten leerlingen uit hogere graden of meisjes effectief vaker meerdere keren per dag op hun smartphone dan leerlingen uit lagere graden of jongens. Iemands sociaal-economische achtergrond of nationaliteit blijken een minder grote rol te spelen.
Tot slot kan opgemerkt worden dat jongeren vooral de negatieve impact van digitale connectiviteit op hun tijdsbesteding of focus opmerken. Ze gaan er het vaakst mee akkoord dat tijd die ze online doorbrengen ook verspilde tijd is, en dat ze te veel tijd verliezen achter hun schermen. Hoog tijd dat er meer maatregelen komen die jongeren hierin ondersteunen.
Hou de vinger aan de pols rond mediaonderzoek via de updates van Mediapunt.
Ontdek onze publicaties met nieuw onderzoek, artikels waarin we dieper in data duiken, aankondingen van interessante events en actualiteitsgerelateerde opiniestukken.